Pensioen: flexibeler dan u denkt!

mr. Jos Gielink werkzaam bij Bergamin & Gielink pensioenrechtadvies B.V.

Bergamin

Op 28 november 2011 heeft de Belastingdienst een opmerkelijk soepel beleid bekend gemaakt over de flexibele opname van het levenslange ouderdomspensioen. Het is sinds 2006 fiscaal toegestaan om bij vervroegde pensionering het levenslange ouderdomspensioen te gebruiken als een vervanging van de AOW, die immers pas op 65 jaar ingaat. Dan mag dat ouderdomspensioen worden uitgeruild voor een uitkering van maximaal € 18.057 per jaar tot aan de AOW-leeftijd. Voor een uitkering van 60 jaar tot 65 jaar van € 18.000 per jaar, moet daarvoor ca. € 6.000 aan levenslang ouderdomspensioen vanaf 65 jaar worden ingeleverd.

Het was tot nu toe niet geheel duidelijk of er een bepaald minimum bedrag aan pensioen vanaf 65 jaar moest overblijven na die uitruil. Dat wordt niet vereist: het Ministerie van Financiën heeft bevestigd dat door de verhoging van de uitkering vóór 65 jaar het pensioen ná 65 jaar zelfs kan dalen tot nihil. In feite betekent dit dat het pensioen gespreid tot aan 65 jaar kan worden afgekocht.

Denk aan een werknemer die maar €6.000 ouderdomspensioen heeft vanaf 65 jaar en dit geheel met de maximale uitkering van € 18.000 opneemt tussen 60 en 65 jaar. Die heeft dan toch in feite zijn pensioen afge­kocht? Dat is dus geen probleem. Als de werknemer zich verder keurig aan de voorwaarden houdt, is er fiscaal geen sprake van een afkoop en blijven de gebruikelijke fiscale sancties, zoals bijvoorbeeld de boete van 20% (revisierente) achterwege.

In veel collectieve pensioenreglementen is de flexibele opname van pensioen voor de geschetste AOW-overbrugging reeds opgenomen, dus kan die afkoopmogelijkheid gewoon worden benut.

Het is niet vereist dat een werknemer echt met pensioen gaat. Als de werknemer vervroeging wenst op of na 60 jaar, mag hij zelfs volledig doorwerken. Bij benutting vóór 60 jaar hoeft hij maar voor een klein deel te stoppen met werken (een dag is voldoende).

Al met al bevestigt het Ministerie van Financiën dat de AOW-overbrugging zeer ruim toepasbaar is. Hierdoor is deze uitkering een ideale start voor de ZZP’er: zijn pensioen dient dan als startkapitaal. Ook de werknemer die minder wil gaan werken, maar nu extra veel pensioen wil, en het prima vindt om na zijn 65e met alleen de AOW plus wat nog resteert van zijn pensioen rond te komen, wordt geen strobreed in de weg gelegd.

Het ruimhartige standpunt van de fiscus is toe te juichen. Afkoop is de ultieme vorm van flexibiliteit. Deze gespreide vorm tot een bepaald maximum is een stap in de goede richting. Het biedt ook een mogelijkheid aan verontruste werknemers, die zich geconfronteerd zien met langdurige niet-indexatie en een mogelijke stevige korting van het opgebouwde pensioen, om versneld uit te stappen. Een volgende stap kan zijn zo’n afkoop toe te staan om de hypotheek af te lossen!